Menu
Nieuws

Topklinische status voor Heupfracturen Expertisecentrum

28 maart 2022

De behandelingen van heupfracturen door specialisten van het Deventer Ziekenhuis zijn van een dermate hoog niveau dat ze een plek hebben gekregen in het Topklinisch Register van de Samenwerkende Topklinische Ziekenhuizen (STZ). ‘Het is een optelsom van heel veel kennis op het terrein van de behandeling van heupfracturen dat ons tot expertisecentrum maakt’, vertelt Kleinlugtenbelt.

Zevende topklinische erkenning

Het is na patellofemorale (knie-chirurgie) en schouder- en elleboogzorg al de derde STZ-erkenning voor het orthopedisch centrum van het Deventer Ziekenhuis. Nu samen met Heelkunde. ‘Ons oeuvre is compleet’, aldus Kleinlugtenbelt. ‘Alles waar we binnen ons vakgebied goed in zijn, is nu STZ-geregistreerd.’ Het Expertisecentrum Heupfracturen is het zevende centrum van het Deventer Ziekenhuis dat topklinisch erkend is. Eerder werden in het topklinisch register ook al opgenomen: darmsparende endoscopische behandelingen, kinderallergologie, het corneacentrum en het oorcentrum.

Optelsom

Heupfracturen ontstaan vaak na een ongeval of valpartij en de patiënt moet snel worden geopereerd. Kleinlugtenbelt: ‘Deze STZ-erkenning is dus niet zo zeer voor een hele vernieuwende operatie of aanpak. De patiënt moet snel worden geholpen en de ingreep zal in veel gevallen niet heel snel anders zijn dan in een ander ziekenhuis. Gezien de spoed komen ook geen mensen uit het hele land hier speciaal heen om aan de heup geopereerd te worden. Wat ons wel uniek maakt, is dat hier heel veel expertise opgebouwd is op het gebied van heupoperaties.’ De trauma-unit excelleert in heup gerelateerde studies en is in veel netwerken vertegenwoordigd. Zo maakt Kleinlugtenbelt deel uit van een internationaal netwerk dat onderzoek doet naar de behandeling van heupfracturen. Daarin wordt onder meer gekeken naar de mogelijke voordelen van binnen zes uur opereren en het verschil tussen een halve en hele heupprothese. Kleinlugtenbelt leidt deze onderzoeken in Nederland waarmee hij door de Nederlandse Orthopedie Vereniging onderscheiden is met de Professor Marti prijs. Deze onderzoeken zijn de afgelopen jaren gepubliceerd in de New England Journal en de Lancet.

Gannet en promotie

Collega chirurg Roerdink is al jaren bezig met de Gannet, een nieuw heupimplantaat ontworpen en ontwikkelt in Twente en Salland. Er loopt nu een landelijk onderzoek in meerdere ziekenhuizen, gecoördineerd vanuit Deventer, om het hoogste wetenschappelijke bewijs te vergaren. Herbert: ‘Wij denken dat een operatie na een heupfractuur met de Gannet de kans op een beter resultaat bij met name jonge mensen (<60 jaar), sterk verhoogd. En dus een hogere prijs rechtvaardigt.’ De Gannet wordt inmiddels al in meerdere Nederlandse ziekenhuizen gebruikt. Chirurg Flikweert is recent gepromoveerd aan de universiteit van Groningen. Zij heeft gekeken naar de invloed van multidisciplinaire zorg rondom de behandeling van heupfracturen. Deze kennis kan direct toegepast worden in het Deventer ziekenhuis. Haar conclusie: ‘Goede zorgpaden voor patiënten met een heupfractuur helpen, maar oude mensen blijven broos.’

Preventieve heupoperatie

En zo zijn er meer voorbeelden van betrokkenheid van de vakgroep in de breedte die ervoor zorgt dat er sprake is van een echt Heup(fracturen) Expertisecentrum. Flikweert is voorzitter geworden van de Dutch Hip Fracture Audit en Herbert Roerdink zit in het Nederlandse AO (wereldwijde trauma-organisatie) bestuur. Kleinlugtenbelt is naast dat hij al jaren bezig is met innovatieve nieuwe schouder- en ellenboogbehandelingen, nu ook betrokken bij een onderzoek naar de preventie van heupfracturen bij osteoporose (botontkalking). Kleinlugtenbelt: ‘We willen mensen gaan behandelen waarvan wij denken dat ze een grote kans hebben op een heupfractuur. Door die geselecteerde patiënten met een experimentele behandeling, die overgekomen is vanuit Amerika, te behandelen proberen we het bot middels deze preventieve operatie te versterken waardoor een fractuur wordt voorkomen. Dat is een internationale studie waar ik voor gevraagd ben om dit samen met een Belgische collega in Europa verder op te zetten. Voor dat soort onderzoek worden we gevraagd, omdat we bekend staan als een expertisecentrum en ook ons netwerk groot is. Landelijk wordt dat ook wel gezien. Deze STZ-registratie is goed voor de uitstraling van ons ziekenhuis.’ Het schept ook verplichtingen. Kleinlugtenbelt: ‘De zorg rond heupfracturen die we bieden is hier al hoog, maar we leggen onze eigen lat steeds hoger. We blijven ambitieus.’

==

Op de foto van links naar rechts:
Desiree Creemers, Kleinlugtenbelt, Bolink, Nijman, Roerdink, Flikweert, H. van der Deure.