Menu
Onderzoeken

Nucleair geneeskundig onderzoek

Tijdens een nucleair geneeskundig onderzoek maakt een nucleair geneeskundige foto's van uw organen. Het onderzoek gebeurt met een klein beetje radioactieve stof en een speciale camera. Op de foto's is te zien hoe uw organen werken.

Afdeling(en)

Contact

(0570) 535 135

Hoe kom ik er?

Route 45
Lees voor

Wat gebeurt er bij een nucleair geneeskundig onderzoek?

Bij een nucleair onderzoek krijgt u eerst een radioactieve stof toegediend. Meestal gebeurt dit met een injectie in de arm. Soms gebeurt dit met een drankje of een capsule. Bij een injectie voelt u even een prikje van de injectienaald. Van de ingespoten vloeistof zelf merkt u niets. U wordt er niet slaperig van. De radioactieve stof moet nu een tijdje inwerken. Hoe lang dit is, hangt af van het onderzoek.

Daarna maakt de nucleair geneeskundige foto's met een groot en massief toestel: de gammacamera. De gammacamera komt dicht bij uw lichaam maar drukt er niet tegenaan. De nucleair geneeskundige kan een foto maken van een deel van uw lichaam en de gammacamera ook langzaam langs uw hele lichaam bewegen.

Tijdens het maken van de foto's ligt u op een onderzoekstafel of zit u op een stoel voor het apparaat. Het is belangrijk dat u zo stil mogelijk blijft liggen of zitten. U mag bij de meeste onderzoeken uw kleren aanhouden.
Het maken van de foto's duurt een kwartier tot een uur. Het onderzoek doet geen pijn. U merkt er niets van.

Risico's en bijwerkingen

U krijgt tijdens een nucleair onderzoek maar heel weinig radioactieve stof in uw lichaam. De hoeveelheid straling die vrijkomt is vergelijkbaar met de hoeveelheid die u krijgt bij het maken van röntgenfoto's.

Kleine kinderen zijn gevoeliger voor straling dan volwassenen. Hebt u een nucleair onderzoek gehad? Vermijd dan direct contact met zwangere vrouwen en kleine kinderen. Direct contact betekent: langer dan een half uur dicht naast elkaar zitten of liggen. De nucleair geneeskundige kan u vertellen hoe lang u voorzichtig moet zijn. Na het onderzoek verdwijnt de radioactieve stof op twee manieren:

  • door radioactief 'verval'. Dat betekent dat de straling langzaam vanzelf uitdooft.
  • via de urine of de ontlasting.

Bij sommige onderzoeken kunt u zelf zorgen dat u de radioactieve stof sneller kwijtraakt via uw urine. Drink dan een halve tot een liter extra (drie tot zes glazen) en plas regelmatig.

Downloads

Wilt u meer weten over het nucleair geneeskundig onderzoek of over waar u rekening mee moet houden? Download dan onze folder hieronder.