Menu
Aandoeningen

Trombose

Bij trombose vormt zich een bloedstolsel (bloedprop) in een bloedvat. Doordat het bloed moeilijker of helemaal niet meer langs deze bloedprop kan stromen, ontstaan er klachten.

Het lichaamsdeel waarin zich de bloedprop bevindt, kan dik worden door vochtophoping en pijlijk aanvoelen. Ook kunnen er later klachten optreden zoals eczeem, niet-genezende wonden (een zogenoemd 'open been'), pijn en vermoeidheid.

Symptomen en oorzaken

Het stromen van bloed is een levensvoorwaarde, maar het stollen is net zo belangrijk om overmatig bloedverlies bij verwondingen te voorkomen. Bloed beschikt over een systeem om het te laten stollen als dat nodig is.

Trombose

Soms schiet dit stollingsmechanisme echter door. Dit is het geval als het bloed stolt in het lichaam zonder dat er sprake is van een verwonding. Een dergelijk bloedstolsel noemen we een ‘trombus’ en de ziekte noemen we trombose.

Oorzaken

Allerlei oorzaken kunnen leiden tot vorming van een aan de vaatwand vastzittend bloedstolsel. Dit kan bijvoorbeeld ontstaan door afwijkingen van de vaatwand zoals bij aderverkalking (atherosclerose), afwijkingen van het stollingssysteem of veranderingen in het stromen van het bloed (zoals bij hartritmestoornissen).
Ook als het bloed in contact komt met vreemd materiaal, zoals bij implantatie van een kunsthartklep, ontstaat er een verhoogde kans op de vorming van bloedstolsels.

Embolie

Een belangrijk gevaar van de vorming van bloedstolsels is dat deze stolsels loskomen van de vaatwand en door het stromende bloed worden meegevoerd tot ze vastlopen in een bloedvat en dit dan afsluiten. Zo’n meegevoerd bloedstolsel wordt een embolie genoemd. Een embolie kan de bloedtoevoer naar organen en weefsels afsluiten en kan leiden tot ernstige weefselschade. In de hersenen veroorzaakt een embolie bijvoorbeeld een beroerte, in de longen een longembolie.